De pagina wordt geladen...
Er is een aantal soorten studenten te onderscheiden. De MBO student BBL komt echt bij jou in dienst en is dus een medewerker. De MBO student BOL niet, dat is een stagiair. Hieronder staan ze beiden uitgelegd.
BBL staat voor Beroeps Begeleidende Leerweg. Het uitgangspunt bij deze opleiding is werkend leren Een MBO student BBL komt in de regel vier dagen per week bij jou in het bedrijf werken en gaat daarnaast één dag naar school.
Je sluit twee overeenkomsten. De ene is de BPV (Beroeps Praktijk Vormingsovereenkomst) die wordt gesloten tussen de driehoek student, het opleidingsinstituut en jij als leerbedrijf. De andere is een arbeidsovereenkomst die je sluit met de BBL‘er. Hierin leg je de duur van het dienstverband en de arbeidsvoorwaarden vast. Je kunt hiervoor gebruik maken van de door BOVAG opgestelde modelovereenkomst.
De gewone regel dat een medewerker na drie tijdelijke contracten in drie jaar een vast contract moet krijgen geldt niet voor BBL‘ers. U kunt een student, zo lang deze een BBL-opleiding volgt, dus steeds een nieuw tijdelijk contract aanbieden, zonder dat er een vast dienstverband ontstaat. U bepaalt zelf de duur van het contract, bijvoorbeeld een jaar, een half jaar of voor de duur van de opleiding.
De systematiek van het salaris van een BBL-er is uitgewerkt in de cao’s.
In de cao MvT wordt een student in de gewone loonschalen ingedeeld. Tot en met 20 jaar kijk je naar leeftijd waarna op basis van de functie en de feitelijke werkzaamheden de schaal wordt bepaald. Vanaf de vakvolwassen leeftijd van 21 jaar wordt er naar de functie en de feitelijke werkzaamheden gekeken. Meer informatie over het salaris is te vinden in stap 4: Salaris en functie-indeling.
De cao geeft wel één voorschrift op het gebied van loon. Een medewerker van 19 of 20 jaar die het BBL-leertraject succesvol heeft afgerond en die in het daaropvolgende studiejaar geen schooldag meer heeft, moet als vakvolwassene (trede 21(0)) worden ingedeeld in de salarisgroep van zijn functie. Als een medewerker na een afgeronde BBL-opleiding doorstroomt naar een nieuw BBL-traject dan is deze regel niet van toepassing. Wilt u een doorlerende BB:-student toch financieel belonen? Dan is dat door het minimum-karakter van de cao mogelijk. U kunt denken aan een loonsverhoging waarvan u de hoogte zelf mag bepalen. Maar u kunt ook iets doen ten aanzien van het doorbetalen van de scholingsdag. Op niveau 2 wordt het doorbetalen van de scholingsdag al door de cao verplicht.
Voor mbo-studenten van bedrijven die vallen onder de cao Carrosseriebedrijf kent de cao eigen salarisschalen. U deelt de BBL’er in op basis van de leeftijd waarop de student met een BBL-opleiding is begonnen. Een student die op zijn 16de begint wordt ingedeeld in BBL-tabel 16. De leerling blijft in deze schaal zitten. Ook als er na een succesvolle afronding direct een vervolgopleiding BBL wordt opgepakt. Een student die begonnen is op zijn 18de wordt ingedeeld in de schaal BBL-tabel 18 en blijft in deze schaal zitten.
Zodra de student een leerjaar volledig heeft afgerond wordt er een stap gemaakt in de eigen schaal. Of hier sprake van is, moet (telkens) blijken uit een voortgangsrapport of een ander document van het opleidingsinstituut.
Met 21 jaar is de student vakvolwassen en wordt de overstap naar de gewone salarisschalen gemaakt.
Actuele salaristabel BBL cao Carrosserie
De cao MvT schrijft voor dat u de scholingsdag alleen hoeft door te betalen als de student 17 jaar of ouder is en een BBL-opleiding op niveau 2 volgt. De student werkt dan 32 uur in uw bedrijf en gaat één dag naar school. Als er geen school is, komt de student werken. Werkt de student minder dan 32 uur, dan wordt de scholingsdag naar rato doorbetaald.
Veel mbo-studenten beginnen tegenwoordig direct op niveau 3. In dat geval bent u dus niet verplicht om de scholingsdag door te betalen. Check daarom in de praktijkovereenkomst op welk niveau de student een opleiding volgt.
De cao Carrosseriebedrijf schrijft voor dat u de scholingsdag moet doorbetalen als de mbo student 17 jaar of ouder is en een BBL-opleiding op niveau 2, 3 of 4 volgt. De student werkt dan 32 uur in uw bedrijf en gaat één dag naar school. Als er geen school is, komt de student werken. Werkt de student minder dan 32 uur, dan wordt de scholingsdag naar rato doorbetaald. De cao geeft in artikel 72 lid 2 rekenvoorbeelden.
U kunt bij de Rijksoverheid subsidie aanvragen voor het begeleiden van BBL-studenten: de Subsidieregeling Praktijkleren. Deze subsidie bedraagt maximaal 2700 euro per mbo student per jaar. U kunt deze na afloop van het schooljaar aanvragen.
Meer informatie over deze subsidie vindt u bij RVO.
BOVAG heeft een voorbeeld van een studiekostenovereenkomst die u kunt afspreken met de BBL-student. De cao MvT en de cao Carrosserie schrijven voor welke afspraken er in dit geval gemaakt kunnen worden.
Meer informatie over studiekostenbedingen vindt u in stap 3: wat staat er in de arbeidsovereenkomst.
BOL staat voor Beroeps Opleidende Leerweg. De nadruk ligt op de scholing en via stages wordt er kennisgemaakt met de praktijk. Bij stage ligt de nadruk op het leren en niet op het verrichten van werk waar loon tegenover staat. Arbeidsrechtelijk gezien is de stagiair geen medewerker. Er is dus geen arbeidsovereenkomst. Het is wel verstandig om dingen goed vast te leggen en dus hebben wij een voorbeeld van een stage-overeenkomst voor jou beschikbaar.
Het is niet verplicht om een stagiair een stagevergoeding te geven. Het mag wel en de hoogte mag je zelf bepalen. Het is bijvoorbeeld een optie om een soort onkostenvergoeding te betalen.