De Tweede Kamer heeft vandaag met algemene stemmen het wetsvoorstel van staatssecretaris Mona Keijzer voor de Franchisewet aangenomen. Daarmee worden rechten en plichten voor franchisegevers en -nemers verankerd en wordt de rechtspositie van individuele ondernemers beter beschermd. BOVAG heeft de afgelopen jaren een intensieve lobby gevoerd voor deze wet. De volgende stap is dat de wet nu naar de Eerste Kamer gaat. De verwachting is dat de wet per 1 januari 2021 in werking treedt.
Eerder dit jaar lichtte staatssecretaris Keijzer van Economische Zaken het wetsvoorstel toe tijdens het
Franchisedebat dat BOVAG in Den Haag organiseerde. BOVAG pleit al lang voor de verankering in de wet, aangezien de voorbeelden van franchiseconstructies bij BOVAG-leden legio zijn. Dat gaat niet alleen pomphouders met de naam van een grote internationale oliemaatschappij op het dak, maar bijvoorbeeld ook fietsenwinkels en autobedrijven die zijn aangesloten bij een inkoop- en marketingformule. Of dealers die een dealerovereenkomst met een fabrikant of merk hebben. Meer dan eens blijkt er onbalans te zijn in zulke constructies, met contractvoorwaarden die zeer eenzijdig zijn opgesteld, waarbij fabrikanten, importeurs, formules en merken veel investeringen vragen van de individuele ondernemer, maar vervolgens contractueel daar niet veel tegenover hoeven te stellen, tussentijds grote wijzigingen kunnen doorvoeren of zelfs zomaar de stekker uit de relatie mogen trekken. Samen met onder andere het Franchisenemers Netwerk Nederland (FNN), MKB Nederland en het Vakcentrum toog BOVAG de afgelopen jaren heel vaak naar Den Haag om mee te praten over een wetsvoorstel.
Meer balans in overeenkomsten
Een paar dingen zijn belangrijk in de Wet Franchise. Ten eerste de heldere definitie waardoor de aard van de samenwerking leidend is. Vervolgens is het heel goed dat franchisenemers nu wettelijk het recht krijgen om mee te praten én te beslissen over belangrijke wijzigingen in een franchiseformule, juist ook tussentijds. Dit maakt dat de franchise- of dealervereniging nog belangrijker wordt. Mona Keijzer noemt de Franchisewet dan ook niet voor niets een verankering van beschaafd zakendoen en het moet volgens haar zorgen voor een eerlijke economie. Iedereen is het erover eens -ook de franchisegevers- dat het goed is dat er nu meer balans gaat komen in de overeenkomsten. Juist in deze tijd van digitalisering, veranderend klantgedrag en nieuwe toetreders is een goede samenwerking cruciaal en de Franchisewet draagt hier aan bij door de franchisenemer een betere onderhandelingspositie te geven.
Meer over de franchisewet leest u op mijn.bovag.nl/franchisewet.