De uitleg
Bij het afsluiten van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd spreken u en uw medewerker af tot welke datum hij of zij in uw bedrijf zal werken. Beiden moeten zich hieraan houden. Wil een van de twee het contract eerder beëindigen, dan kan dat in principe alleen als er in de arbeidsovereenkomst een afspraak hierover is gemaakt; een tussentijds opzegbeding. Maar ook zonder dit beding kunt u een contract voor bepaalde tijd beëindigen, zelfs als er geen situatie is van ontslag op staande voet. Een tussentijds opzegbeding kan namelijk ook worden opgenomen in de beëindigingsovereenkomst, zo oordeelde een rechter in 2021. Belangrijk aan deze uitspraak is dat de werknemer hiermee zijn of haar recht op een WW-uitkering houdt direct na het beëindigen van het arbeidscontract.
Afspreken dat opzeggen voor de einddatum van het contract voor bepaalde tijd een optie is, heet een tussentijds opzegbeding. Maakt u hier gebruik van dan heeft u, afhankelijk van de reden waarom u de arbeidsovereenkomst wilt beëindigen, ook nog toestemming van het UWV nodig om de arbeidsovereenkomst op te zeggen. In sommige gevallen moet de kantonrechter de arbeidsovereenkomst ontbinden. De medewerker zelf heeft geen toestemming nodig en kan wel direct opzeggen volgens de afgesproken regels van het tussentijds opzegbeding.