Terug

Harberink verkocht zijn fietsenzaak aan autobedrijf: “Mijn hobby? Dat was de zaak”

Ondernemerschap
Leestijd: 10 min

Verkopen of doorgaan met het bedrijf? Voor die keuze stond Hans Harberink, eigenaar van de gelijknamige fietsenzaak in Denekamp. Ondanks de groeiende omzetten en zijn persoonlijke passie dwong de realiteit van zijn leeftijd en de toekomstvisie voor zijn winkel hem tot nadenken. Tot het autobedrijf in hetzelfde dorp de overeenkomsten en de kansen in de fietsenbranche zag en de eigenaar spontaan bij Harberink binnenstapte.

“Mijn werk vind ik heel leuk, vooral het contact met klanten. Bovendien is het met de fietsenbranche de laatste jaren de goede kant opgegaan, we draaien mooie omzetten”, zegt Hans Harberink (64) van de gelijknamige fietsenwinkel in het Twentse Denekamp. “Maar als je ouder wordt, dan kost het ondernemerschap je meer energie. Toch geef je als ondernemer niet snel op, ook al kost het je steeds meer moeite.” Het was zijn vrouw die ervoor zorgde dat hij ging nadenken over de toekomst van zijn bedrijf. Zij vroeg of haar man het werk nog wel leuk vond. “Want de weersverwachting na afloop van het journaal haal je vaak niet meer. Dan slaap je al.”

Hans Harberink nam het bedrijf over van zijn vader, die het bedrijf in 1957 – tijdens de bromfietsentijd – had opgericht. “Ik werkte meer bij hem dan dat ik naar school ging. Vanuit school ging ik direct naar het bedrijf in plaats van naar huis. Het is het mooiste dat er is.”

Het bedrijf groeide, waarbij ze ook veel omzet van buiten het dorp behalen. Want met de grens op fietsafstand kiezen ook veel Duitsers voor de fietsenwinkel. “Het ‘Hollandrad’ is bij onze oosterburen heel populair, met merken als Gazelle en Batavus zijn we daar steeds verder gegroeid. Inmiddels komt meer dan de helft van onze omzet uit Duitsland.” Daarbij profiteerde Harberink van hun kwaliteitsmerken en de omzetboost die de e-bike gaf, waarbij steeds hogere bedragen voor een fiets werden neergelegd.

Geen bedrijfsopvolging

Het team bij Harberink Tweewielers is een hechte club. Dat is ook noodzakelijk, omdat de groei van het bedrijf ervoor zorgde dat ze heel efficiënt moeten werken. Harberink: “Vorig jaar hadden we ons beste jaar ooit, terwijl ons pand veel te klein is, we een krappe personeelsbezetting en te weinig werkplekken hebben.” Pogingen om naar een groter pand te verhuizen, strandden bij de gemeente, die geen groen licht gaf. Daarna wilde hij met zijn bedrijf doorgaan, zonder al te grote investeringen te doen. “Onze kinderen hadden geen interesse om het bedrijf over te nemen. Onze dochter is wel gek van fietsen, maar het managen van per­soneel zag ze niet zitten. En zij zagen dat ik veel uren in de zaak werkte, dat ik er altijd druk mee bezig was. Het bracht mij op het punt van: hoe nu verder? Ik was bijna zestig jaar en het begon te knagen. Achteraf gezien had ik al eerder over de toekomst van mijn bedrijf na moeten denken.”

“Achteraf had ik al eerder over de toekomst van mijn bedrijf na moeten denken”
Hans Harberink | Harberink Tweewielers

Aantrekkelijk bedrijf

In het verleden had Hans Harberink al een eens een poging gedaan om zijn bedrijf te verkopen, maar dat draaide op niets uit. Hij had naar eigen zeggen altijd goed geld verdiend, waardoor hij het verkopen van zijn bedrijf niet als noodzakelijk zag. Tot zo’n twee jaar geleden Christiaan Wiefferink de fietsenwinkel binnenstapte. Samen met zijn broer Peter runt hij het plaatselijke autobedrijf en via een gemeenschappelijke kennis hadden ze vernomen dat het fietsbedrijf te koop stond. De broers Wiefferink zagen kansen. “Om twee redenen. De eerste is dat we zagen dat veel van onze klanten uit de buurt altijd fietsen hebben met een sticker van Harberink erop. Wij bedienen dus dezelfde klantengroep, dat is makkelijk om te integreren. De tweede reden is dat het lastiger wordt om goedkope auto’s te vinden. Vanwege de strengere milieueisen, maar ook vanwege het feit dat er geen kleinere auto’s meer worden geproduceerd. De leemte die daardoor ontstaat, kunnen we invullen met elektromobiliteit zoals e-bikes.” Harberink op zijn beurt zag de overeenkomsten tussen hun bedrijven. “Wij zijn grootschalig, maar kennen onze klanten en hun koopgedrag. Noem ons dorpse bedrijven met een grote gunfactor. Daar zijn we allebei succesvol mee. We hebben allebei fijne klanten die bereid zijn een grote aanschaf te doen, met daarbij goede service.”

Overnameproces

Het overnameproces nam bijna twee jaar in beslag, waarbij Harberink zowel het bedrijf, de bedrijfsnaam als het onroerend goed verkocht. “We hebben een goed renderende zaak met mooie mensen en merken. Ik zag Wiefferink als de oplossing voor de toekomst. Ik wilde meer vrije tijd krijgen en niet langer hoeven managen. Want zeker in de laatste jaren vond ik personeelszaken lastiger worden, ook omdat het moeilijk is om goede mensen te kunnen krijgen. Toen Christiaan mij vroeg wat ik als eerste kwijt wilde, gaf ik dan ook als antwoord: personeel.” Zowel Harberink als Wiefferink maakten bij de onderhandelingen gebruik van externe adviseurs. Aan die periode wil Harberink niet graag herinnerd worden. “De discussie ging vaak over de prijs. Die discussie kun je zelf ook niet voeren. Toch hebben we af en toe direct contact met elkaar opgenomen, om te bespre­ken hoe we er sneller uit konden komen. Achteraf heeft het verkoopproces onze relatie gelukkig niet veranderd.” 

“Hans Harberink zijn verstand zei verkopen, maar zijn hart niet”
Christiaan Wiefferink | Autobedrijf Wiefferink

Betrokkenheid blijft

Harberink vertelt dat hij na afloop van de deal een glas dronk en weer verder ging. “Begin juli heb ik mijn bedrijf overgedragen, maar het voelt nog steeds alsof het van mij is. De afspraak was dat ik naar drie dagen in de week zou gaan, maar het was fietsseizoen. Dat kon niet. Wiefferink zei dat ik meer weg moest lopen. Dat was makkelijker gezegd dan gedaan, want ik heb verantwoordelijkheidsgevoel en bovendien komen klanten nog steeds naar mij toe. Ik kon het niet loslaten. Het was niet zo van: hier heb je geld en denk er maar niet meer aan. Het is ook moeilijk omdat ik al vanaf mijn zeventiende jaar in de fietsen werk. Nu gaan we bespreken hoe dat concreet verder moet. Overigens wordt de vestigingsmanager vanaf het nieuwe jaar formeel aangesteld, een personeelslid dat al in het bedrijf werkzaam was.” Harberink antwoordt lachend op de vraag wat hij nu gaat doen. “Hobby’s? Dat was de zaak! Mijn andere hobby’s, zoals de vrijwillige brandweer en motorrijden heb ik opzijgezet voor de winkel. Ik moet nu gaan bedenken wat ik nog meer leuk vind.”

header-image

Wiefferink: kansen benutten

Autobedrijf Wiefferink groeide de afgelopen jaren uit tot een fullservice bedrijf, dat gespecialiseerd is in jong gebruikte en elektrische auto’s. Klanten kunnen bij de twee vestigingen ook terecht voor onderhoud, lease en schadeherstel. En vanaf nu ook voor tweewielers. Christiaan en Peter Wiefferink: “We zagen veel overeenkomsten met Harberink, zoals het type klanten, leasemogelijk­heden en de services. Ons verdienmodel is bovendien hetzelfde: dat ligt bij de verkoop van nieuwe auto’s en fietsen. Fietsen is groen en gezond en door deze toevoeging willen we een mobiliteitsbrede aanbieder worden. Vroeger konden we in de autobranche nog ver vooruitkijken, maar dat lukt niet meer. Denk maar aan de zelfrijdende auto’s. Bovendien wedden we hiermee op meerdere paarden. Dat is ook handig voor de toekomst, want we zijn een familiebedrijf. Wat onze klanten gaan merken? Niet heel veel verschil, klanten houden niet van verandering. Ons ideaalbeeld is om de bedrijven ooit te integreren, waarbij we een groot pand hebben met zowel auto’s als fietsen. Maar of dat gaat lukken?”

Dit artikel is ook verschenen in de BOVAGkrant 2023-11. 
Wij maken op deze website gebruik van cookies. Meer informatie is beschikbaar in onze Privacy- en cookieverklaring