De pagina wordt geladen...
Een consument maakt gebruik van de ophaalservice voor haar leenauto. Zij krijgt alleen geen duidelijkheid over hoeveel dit kost. Naderhand schrikt ze van de hoge rekening, voor een rit van slechts een paar minuten. Ze wil dit bedrag niet betalen. De Geschillencommissie Voertuigverhuur buigt zich over deze kwestie.
Nadat een consument schade rijdt aan haar eigen auto, wordt pechhulp ingeschakeld door haar verzekering. De auto wordt weggesleept naar een autodealer, en ze krijgt voor een paar dagen vervangend vervoer via een verhuurbedrijf. Als ze na de reparatie haar auto ophaalt bij de dealer, laat ze daar de leenauto achter. Het innamepunt vertelt aan de telefoon dat dit een optie is. Alleen kunnen zowel het innamepunt als de klantenservice niet aangeven wat het kost. De consument krijgt te horen dat het ophalen van de auto geen probleem is, het is namelijk vlakbij. Ze krijgt naderhand een factuur van bijna zestig euro, voor een rit van vijf minuten. Ze wist dat er kosten in rekening werden gebracht, maar voor dit ritje vindt zij het een onredelijk bedrag. Bovendien waren de kosten van tevoren onduidelijk. Ze wil dat de ondernemer het geld terugbetaalt.
Volgens de ondernemer van het verhuurbedrijf staat er in de huurovereenkomst en bevestigingsmail dat de leenauto moet worden ingeleverd bij het innamepunt. Ook staat daarin dat er kosten in rekening worden gebracht als de auto daar niet wordt teruggebracht. Volgens de ondernemer is er geen ophaalservice aangeboden in het contract. De ondernemer moest een chauffeursdienst inschakelen om de auto op te halen, voor een bedrag van vijftig euro exclusief btw. Dit bedrag heeft hij één-op-één doorberekend. De consument heeft niet gebeld met de ondernemer zelf, anders zou hij een prijsopgave hebben gegeven.
De Geschillencommissie Voertuigverhuur ziet dat in de overeenkomst staat dat de leenauto teruggebracht moet worden naar het innamepunt. Er staat ook in dat er kosten worden berekend als de auto daar niet wordt ingeleverd. De hoogte van het bedrag staat er echter niet in vermeld. De overeenkomst is daarmee geen goede basis om de kosten van de chauffeursdienst op de consument te verhalen. De kosten waren door de consument ook niet bij het innamepunt of de klantenservice te achterhalen. Het is onduidelijk op basis waarvan deze kosten dan wel in rekening zijn gebracht. Er is geen aparte afspraak gemaakt over dat de consument het bedrag van zo’n zestig euro moest betalen. De ondernemer is er volgens de commissie niet in geslaagd om de grondslag voor de kosten te onderbouwen. De commissie vindt de klacht van de consument gegrond.
De ondernemer moet de ophaalkosten, een bedrag van zo’n zestig euro, terugbetalen aan de consument, net als het klachtengeld dat de consument heeft betaald.
Dit artikel is ook verschenen in BOVAGkrant 03-2024.
Kijk hier voor meer uitspraken van de Geschillencommissie.