De pagina wordt geladen...
Een Volkswagen Tiguan staat geadverteerd met de optie ‘volledig lederen interieur’. Als na de koop blijkt dat dit kunstleer is, wil de consument van de auto af. Ondernemer en consument komen tot een deal, maar de consument stapt alsnog naar de Geschillencommissie om te toetsen of hij meer geld terug kan krijgen.
Een consument ruilt zijn auto in voor een Volkswagen Tiguan. Voor de koop maakt de consument een proefrit bij het autobedrijf. Na de aankoop van de auto, komt de consument er door een code in het serviceboekje achter dat het interieur niet van echt leer maar van kunstleer is gemaakt. Dit in tegenstelling tot wat in de online advertentie stond. De consument probeert de auto elders in te ruilen, maar dit lukt niet. Hij neemt contact op met de ondernemer en vertelt dat hij van de auto af wil. Met een vaststellingsovereenkomst maken consument en ondernemer de koop ongedaan. De consument krijgt zijn vorige auto en geld terug. De ondernemer houdt wel € 1.500,— in op de oorspronkelijk betaalde verkoopprijs. In de overeenkomst wordt opgenomen dat het de klant vrij staat om naar de Geschillencommissie te gaan, omdat hij zich misleid voelt door de optie ‘volledig lederen interieur’ die in de advertentie stond. Dit doet de consument dan ook, want hij wil dat de overeenkomst wordt teruggedraaid, zodat hij alsnog het bedrag van € 1.500,— terugkrijgt.
De consument heeft de Tiguan geselecteerd op een aantal criteria, zoals merk, motor, automaat, kilometerstand én lederen bekleding. Hij geeft aan dat dit belangrijke zaken voor hem zijn. Tijdens de proefrit valt het de consument op dat een paar zaken afwijken van wat er in de advertentie staat: er zit bijvoorbeeld geen DSG-bak in de auto, maar een conventionele automaat. Dit accepteert hij. Daarna tekent hij de koopovereenkomst, waarbij hij zijn auto inruilt. Uit het serviceboekje blijkt al snel na de aankoop dat er skaileren bekleding in de auto zit. Hij neemt contact op met het autobedrijf, want hij wil de koopovereenkomst ontbinden op basis van de niet aanwezige leren bekleding en nog een aantal andere punten. De ondernemer wil dit in eerste instantie niet. De consument zit klem en gaat uiteindelijk akkoord met het voorstel dat hij de Volkswagen Tiguan terugverkoopt aan de ondernemer en daarvoor een bedrag terugkrijgt dat € 1.500,— lager is dan de aankoopprijs. Het belangrijkste punt van de kwestie is de lederen bekleding: de consument wil geen auto met plastic bekleding. Als de consument dit had geweten, had hij de auto niet gekocht. Hij ontkent dat hij naar zaken heeft gezocht om van de koop af te komen.
Bij de aflevering van de auto heeft de consument verschillende aanmerkingen. Hij heeft de optielijst bekeken en mist bijvoorbeeld de bluetoothfunctie en de DSG-bak. De ondernemer stelt voor de auto te houden, maar de consument beslist toch om de auto te kopen. Vanaf het begin zijn er al strubbelingen tussen hem en de consument. De ondernemer denkt dat de consument vervolgens is gaan zoeken naar argumenten om van de auto af te komen. De bekleding bestaat uit geperforeerd skaileer, dat ‘af fabriek’ als bekleding is geleverd. De ondernemer geeft aan dat het in het advertentiesysteem niet mogelijk is om een andere omschrijving dan leer te geven. Hij heeft zijn excuses gemaakt tegenover de consument dat de term skaileder niet in de advertentie stond. Hij is de klant tegemoet gekomen door de overeenkomst terug te draaien met één voorbehoud: het inhouden van € 1.500,— op het oorspronkelijke bedrag.
De Geschillencommissie Voertuigen oordeelt dat de vermelding in de advertentie niet juist is, maar dat de ondernemer niet onrechtmatig heeft gehandeld. De consument heeft de ondernemer schriftelijk geen laatste kans gegeven om alsnog op zijn verzoek in te gaan. Bovendien heeft de consument een proefrit met de auto gemaakt en de kwaliteit en uitstraling van de bekleding waren kennelijk zo goed, dat hij geen verschil merkte met echte leren bekleding. De consument kan niet aannemelijk maken dat hij de auto niet had gekocht als hij wist dat er sprake was van namaakleer in plaats van echt leer. Als er al sprake is van een tekortkoming aan de auto, dan is deze heel klein. De consument heeft verder niet kunnen aantonen dat hij schade heeft geleden en kan niet onderbouwen dat die schade € 1.500,— is. Ook kon de consument geen voorbeelden laten zien van vergelijkbare auto’s waarbij de auto met een kunstleren interieur minder waard is.
Volgens de Geschillencommissie is de klacht van de consument ongegrond. De consument kan niet aannemelijk maken dat hij de auto niet zou hebben gekocht als hij wist dat sprake was van kunstleer en niet van echt leer. Voor de ontbinding van de overeenkomst is de tekortkoming te klein. De consument krijgt de gewenste € 1.500,— dan ook niet terug.