De pagina wordt geladen...
BOVAG en RAI Vereniging willen dat de fictieve ‘autonome vergroening’ voor 2021 nu op nul wordt gezet bij het bepalen van de aanschafbelasting BPM voor nieuwe personenauto’s. Het ministerie van Financiën ging er jarenlang vanuit dat brandstofauto’s elk jaar enkele procenten zuiniger zouden worden en paste daar jaarlijks de BPM-tarieven op aan. Die autonome vergroening heeft echter niet plaatsgevonden, maar deze verkeerde aanname heeft de schatkist sinds 2017 wel 1,5 miljard euro extra opgeleverd.
Voor 2021 staat het percentage van autonome vergroening in de BPM nog niet vast. Het kabinet stelt 4,2 procent voor, de sector ziet dat nul meer reëel is en dringt daarnaast aan op betere afspraken voor de komende jaren. In Europees verband moeten autofabrikanten in 2021 voldoen aan de doelstelling van maximaal 95 gram CO2-uitstoot over het gemiddelde van hun verkochte personenauto’s. In Nederland is die doelstelling nu al gehaald. Door de grote populariteit van elektrische auto’s (nul gram CO2) en van hybrides (gemiddeld 87 gram) bedraagt de gemiddelde CO2-uitstoot van alle nieuwe personenauto’s in ons land van januari tot en met oktober dit jaar precies 95 gram. Autofabrikanten zetten ook vol in op elektrisch en (plug-in) hybrides, omdat de technische mogelijkheden voor grote CO2-winst bij de traditionele aandrijflijnen beperkt zijn. De gemiddelde uitstoot van nieuwe auto’s op diesel en benzine is de afgelopen jaren dan ook vrijwel niet gedaald.
De Nederlandse aanschafbelasting BPM is alléén van toepassing op personenauto’s die traditionele brandstoffen verbruiken; elektrische auto’s zijn vrijgesteld van BPM. Financiën ging er jarenlang vanuit dat de traditionele brandstofauto’s jaarlijks ‘autonoom’ zo’n 4 procent zouden ‘vergroenen’, oftewel dat fabrikanten elk jaar zuinigere modellen op de markt zouden brengen om de Europese doelstellingen te kunnen halen. Om te voorkomen dat de belastingopbrengsten daaronder zouden lijden, draaide Financiën elk jaar aan de knoppen van BPM-schijven en -tarieven. Die zuinigere brandstofauto’s kwamen er echter niet, want de industrie zet vol in op elektrificatie. De verschuldigde BPM per verkochte brandstofauto steeg dus alsmaar, terwijl elektrische auto’s nog lang niet binnen bereik van de gemiddelde autokoper lagen en liggen. In totaal heeft deze verkeerde aanname de schatkist sinds 2017 een kleine anderhalf miljard euro opgeleverd.
De gemiddelde BPM op een kleine auto in het populaire A-segment had in 2019 volgens de originele plannen van autonome vergroening minder dan 1.300 euro moeten bedragen, de werkelijkheid is echter dat die gemiddelde BPM vorig jaar 2.200 euro bedroeg. Een compacte auto in het B-segment had vorig jaar eigenlijk zo’n 2.100 euro BPM moeten opleveren, maar dat werd met bijna 4.200 euro bijna het dubbele. Voor 2021 stelt staatssecretaris Vijlbrief op basis van een rapport van TNO voor om een percentage van 4,2 procent aan te houden qua autonome vergroening, terwijl de bewindsman onlangs zelf al aangaf dat die vergroening de afgelopen jaren dus helemaal niet plaats heeft gevonden. Dat zou betekenen dat de BPM voor de tien meest verkochte brandstofauto’s gaat stijgen met 18 tot wel 32 procent. Vijlbrief gaf tegelijkertijd aan in 2021 het gehele BPM-stelsel onder de loep te willen nemen, zodat in 2022 met een schone kan worden begonnen. BOVAG en RAI Vereniging pleiten er dan ook voor om de autonome vergroening voor 2021 nu op nul te zetten en willen snel in overleg met Den Haag over het systeem voor de komende jaren.