Het bedrag dat autobezitters in de eerste helft van 2023 gemiddeld uitgaven aan reparatie en onderhoud was 444 euro. Dat is ruim 8 procent meer dan in dezelfde periode vorig jaar. Het bedrag per onderhoudsmoment steeg in dezelfde periode van 310 naar 326 euro, een stijging van 5,2 procent. Een en ander blijkt uit de BOVAG-RAI Aftersalesmonitor over de eerste helft van 2023.
Een auto onderging in de eerste helft van dit jaar gemiddeld 1,4 keer reparatie of onderhoud. Dat is iets meer dan een jaar eerder, toen dat op 1,3 onderhoudsmomenten lag. Het totaal aantal onderhoudsmomenten in het eerste halfjaar van 2023 was 7,11 miljoen, tegen 7,07 miljoen in de eerste helft van 2022.
Genoemde kostenstijging is vooral te wijten aan stijgende kosten van arbeid, onderdelen/grondstoffen en energie en de oplopende leeftijd van het Nederlandse wagenpark. Dat laatste leidt waarschijnlijk tot de licht gestegen hoeveelheid onderhoudsmomenten.
De belangrijkste reden om naar de garage te gaan is en blijft de combinatie APK/onderhoudsbeurt (29%), gevolgd door een de losse onderhoudsbeurt (19%), tussentijdse reparatie (18%) en de losse APK (10%).
Uitgebreide rapportage
BOVAG en RAI Vereniging publiceren elk half jaar de Aftersalesmonitor. De uitgebreide rapportage van monitor is exclusief in te zien door leden van BOVAG en RAI Vereniging. Dat kan via deze
link.