Na stijgingen in januari en februari daalde in maart en april het aantal geïmporteerde occasions met respectievelijk 9 en 12 procent ten opzichte van dezelfde maanden vorig jaar. Tot en met april is met 89.425 stuks de import van gebruikte personenauto’s nog redelijk in lijn met dezelfde periode in 2021. Destijds werden er iets meer dan 90.000 occasions geïmporteerd, zo blijkt uit de data van BOVAG en RDC.
In april bedroeg de import van tweedehands auto’s 21.889 exemplaren en dat waren er bijna 3.000 minder dan in april vorig jaar. Na de daling in maart duidt dit erop dat het voor Nederlandse autobedrijven steeds lastiger wordt om de juiste en voldoende occasions in het buitenland te vinden. Sinds de uitbraak van corona daalt de verkoop van nieuwe auto’s in heel Europa en daardoor zijn er nu dus ook alsmaar minder geschikte jonge auto’s beschikbaar. Daarvoor zijn bovendien meerdere kapers op de kust, zoals verhuurmaatschappijen, die zelf nu bovendien ook minder van hun vloot afstoten richting de Europese occasionmarkt. Tegelijkertijd daalt bij de vakhandel in Nederland überhaupt de occasionverkoop, hoewel de afzet historisch gezien nog immer op hoog niveau is.
7,5 procent EV
Elektrische auto’s zijn inmiddels goed voor 7,5 procent van de totale occasionimport. Tot en met april werden er dit jaar meer dan 6.700 EV’s geïmporteerd, ruim drie keer zoveel als een jaar geleden. Daarnaast verdubbelde het aantal geïmporteerde (plug-in) hybride personenauto’s tot ruim 15.000 stuks en daarmee een aandeel van 17 procent in de totale import. Ruim 10 procent betrof een diesel en bijna 65 procent een benzineauto. Een jaar geleden was 78,5 procent van importoccasions nog een benzine.
Lees ook: