In het eerste halfjaar van 2021 is het gemiddelde nettoresultaat per dealervestiging ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar met bijna een vol procentpunt verbeterd, tot ruim 1,2 procent. Uit de BOVAG Branche Barometer van BOVAG Autodealers blijkt dat de NOW-steun grote invloed had, aangezien zonder deze regeling het rendement op 0,77 procent was blijven steken.
Dankzij de overheidssteun is bovendien de werkgelegenheid op peil gebleven. Het totale aantal voltijdsbanen per dealervestiging bedroeg in de eerste helft van 2021 gemiddeld 14,5 en dat is slechts 0,4 minder dan in de eerste zes maanden van vorig jaar. Het aantal monteurs per vestiging daalde in FTE van 5,8 naar 5,5 en het aantal verkopers van 3,5 naar 3,4, terwijl de loonkosten per FTE in het gemiddelde dealerbedrijf 2 procent stegen.
Tekorten baren zorgen
Hoewel per vestiging net als in de eerste zes maanden vorig jaar exact hetzelfde aantal van 106 nieuwe auto’s werd verkocht, is de verkoopmix zodanig veranderd dat de omzet uit nieuwe auto’s bijna 11 procent toenam. Volgens de data van RDC is de afzet van nieuwe personenauto’s in het A-segment dit jaar dan ook danig afgenomen. De verkoop van occasions steeg van 160 stuks naar 170 per dealerlocatie in het eerste halfjaar van 2021, waarbij de gemiddelde verkoopprijs bijna 12 procent hoger lag. Voor de rest van het jaar worden bij de nieuw- en de occasionverkoop spanningen voorzien door onvoldoende beschikbaarheid, onder andere als gevolg van de wereldwijde tekorten aan computerchips.
Meer efficiëntie, minder productiviteit
Ook in de aftersales zijn hogere omzetten gedraaid. Respectievelijk 6,5 procent meer in het magazijn en 2,6 procent meer in de werkplaats in vergelijking met de eerste helft van 2020. Onder meer door de afname in aantal FTE’s is het afdelingsresultaat van de werkplaats gestegen van 24,2 naar 25,4 procent, terwijl de afdelingskosten in percentage van de brutomarge bijna 2 procentpunten zijn gedaald naar 50,8 procent. Echter, het aandeel externe omzet nam af, de productiviteit in de werkplaats daalde met ruim 3 procentpunten tot 88,8 procent en de jaarprognose van gefactureerde uren per monteur is met 1.239 nog altijd erg laag. De externe uren in de werkplaats staan onder druk door lagere kilometrages als gevolg van thuiswerken en het interne werk wordt minder als de nieuwverkoop blijft stagneren.
Werken aan aftersales
Bert de Kroon, voorzitter van BOVAG Autodealers, benadrukt het belang van meer grip op aftersales: “Het afgelopen jaar hebben we met ondersteuning van OOMT 18 willekeurige dealers van groot tot klein laten coachen door Innovam om de processen in de werkplaats te verbeteren. Wij zagen aan de kengetallen uit de BOVAG Branche Barometer dat hierin nog veel te halen viel en dat hebben we ook vaak genoeg benadrukt in de publicaties elk kwartaal. Bij een meerderheid van de dealers die deelnam aan deze pilot is het gerealiseerd uurloon en de omzet per doorgang met meer dan 10 procent verbeterd. Richting de medewerkers bleek uiteindelijk dat vreemde ogen niet alleen ‘dwingen’, maar dat de werkzaamheden voor iedereen ook veel prettiger worden door meer en beter samen te werken. En dat de klant dit ook zo ervaart. Driedubbele winst dus en een zeer succesvolle pilot, die nu structureel aangeboden wordt als een programma met de toepasselijke titel ‘Werken aan Aftersales’, waarmee elke dealer zijn resultaat nu significant kan verbeteren.”
*NB: de cijfers die in de BOVAG Branche Barometer worden genoemd zijn gemiddelden per vestiging, en moeten niet verward worden met totalen over de hele dealermarkt. Genoemd percentage of cijfer kan dus positiever uitvallen dan de gehele markt, als bijvoorbeeld het aantal vestigingen daalt.