In nauw overleg met BOVAG heeft de RDW een tijdelijke procedure ontwikkeld voor het keuren van importvoertuigen, zodat deze alsnog gekentekend en afgeleverd kunnen worden. RDW focust in eerste instantie op voertuigen die al verkocht zijn.
Bij de tijdelijke procedure van de RDW is fysieke identificatie niet nodig. Op basis van foto’s kan een ongeveer vergelijkbaar kwaliteitsniveau behaald worden als bij een fysieke identificatie, aldus de RDW. De RDW geeft in eerste instantie prioriteit aan voertuigen die reeds verkocht zijn. De RDW is samen met enkele erkende bedrijven gestart met het testen van deze procedure. Het idee is dat na deze testfase de nieuwe werkwijze openstaat voor RDW-erkende bedrijven (erkenning Bedrijfsvoorraad). RDW verwacht hier eind van deze week duidelijkheid over te kunnen geven.
Werkwijze
De nieuwe werkwijze is bedoeld voor RDW-erkende bedrijven. De benodigde documenten worden centraal digitaal aangeleverd en vervolgens door RDW-medewerkers van een keuringsstation beoordeeld. Na afloop krijgt de aanvrager per mail bericht dat het RDW-proces is afgerond. In uitzonderlijke gevallen volgt alsnog een fysiek onderzoek. De RDW kan ook achteraf nog steekproeven uitvoeren.
Pijnpunt
BOVAG is zeer content met deze oplossing van de RDW. Peter Niesink, algemeen directeur BOVAG: “Het niet keuren van importauto’s en motorfietsen was een van de grote pijnpunten die naar voren kwamen uit de BOVAG Coronamonitor. Goed dat daar nu een mouw aan is gepast, dat bespaart veel autobedrijven een hoop ellende.”
Meer informatie