Nooit eerder werden er in Nederland zo weinig liters diesel, benzine en LPG getankt als afgelopen april. Uit een analyse van de meest recente CBS-data door BOVAG blijkt dat er die maand 818 miljoen liter motorbrandstof werd verkocht en dat was bijna een derde (32,2 procent) minder dan in april 2019.
Als gevolg van de intelligente lockdown kwam het openbare leven vanaf medio maart stil te liggen en werd er veel vanuit huis gewerkt. Dat resulteerde in maart al in het laagste afzetniveau in vijf jaar, maar in april werd pas de volle omvang merkbaar. Deze data van het CBS zijn beschikbaar over de periode vanaf begin 2013 en sindsdien kwam het pas twee keer eerder voor dat er minder dan 1 miljard liter in een maand werd getankt: in augustus 2014 met 998 miljoen liter en in februari 2015 met 991 miljoen liter. Afgelopen maart dook de afzet naar 995 miljoen liter en in april daalde deze verder naar een ongekend laag niveau van 818 miljoen liter.
42 procent minder benzine
De verkoop van benzine duikelde in maart voor het eerst in vijf jaar onder de 400 miljoen liter, naar 384 miljoen en dat was ruim 20 procent minder dan in maart 2019. In april verdampte er nog eens bijna 100 miljoen liter en bleef de teller steken op een schamele 285 miljoen liter, bijna 42 procent minder dan in april vorig jaar. Nooit eerder werd er zo weinig benzine in een maand verkocht in Nederland. De afzet van diesel bleef nog enigszins op peil, omdat de transportsector grotendeels bleef rijden tijdens de intelligente lockdown. Zodoende stroomden er 521 miljoen liters diesel uit de pompen; 55 miljoen liter minder dan in maart en ruim een kwart minder dan in april 2019. Ook LPG beleefde met slechts 12 miljoen liter een historisch dieptepunt in april.