Een nieuwe mijn
Umicore smelt de batterijen, die onder andere bestaan uit nikkel, kobalt, koper, grafiet, lithium, mangaan, aluminium, fosfor en fluor, om in een levensgrote oven, waarna een legering (metaalmengsel) overblijft die afkoelt tot fijne korrels koper, nikkel en kobalt. En wat ik hier tot mijn grote verbazing heb ontdekt: van deze drie metalen wordt uit batterijen nu al meer dan 95 procent teruggewonnen. Bijna alles dus. En dan heb je het niet over minder goed materiaal: je krijgt de pure atomen weer terug.
Vergelijk deze manier van winnen van grondstoffen uit batterijen eens met de winning ervan in de natuur. Graafmachines (of kinderhandjes) moeten bergen onbruikbare erts omwoelen, waar vervolgens maar een heel klein beetje bruikbaar metaal uit kan worden gewonnen. De concentratie van deze metalen in een groeve is tegenwoordig zelden hoger dan een paar procent. Smelt je een batterij om, dan win je sowieso meer dan de helft van het gewicht terug. Oude batterijen vormen feitelijk een geweldige, zeer geconcentreerde bron van grondstoffen: een nieuwe mijn. Wat daarom gek is, is dat we een van de allerbeste eigenschappen van batterijen en accu’s altijd pas in tweede instantie benoemen: dat die grondstoffen juist uit batterijen nu al ontzettend goed herwonnen kunnen worden. Dat kun je met olie per definitie niet: je wint het, je raffineert het, je verbrandt het en het is weg – deels omgezet in warmte en energie, deels in CO2 en andere gassen die de huidige klimaatverandering op aarde veroorzaken.