Het is eenvoudig om de dingen te doen zoals je dat altijd al hebt gedaan. Maar juist door anders te kijken, creëer je nieuwe kansen. Die andere blik onderscheidt deze ondernemers binnen hun niche. BOVAGkrant portretteert vijf ondernemers met een andere blik op marketing, financiën, duurzaamheid, personeel en margestructuren.
Terug

Anders kijken als ondernemer

Ondernemerschap omdenken vernieuwing
Leestijd: 11 min

Het is eenvoudig om de dingen te doen zoals je dat altijd al hebt gedaan. Maar juist door anders te kijken, creëer je nieuwe kansen. Die andere blik onderscheidt deze ondernemers binnen hun niche. BOVAGkrant portretteert vijf ondernemers met een andere blik op marketing, financiën, duurzaamheid, personeel en margestructuren.

Andere blik op marketing

Rijlessen met een yoga-aanpak

Niels Konijn (45) is kersverse eigenaar van rijschool DriveRepeat in het Friese Harlingen. Hij verkocht zijn biologische winkel en yogaschool en begon een rjischool. “Ik hoorde zoveel negatieve verhalen van jongeren over hun rijinstructeur, dat inspireerde mij om het anders te doen. Op een positieve manier je rijbewijs halen.” 
“Ik werk graag met mensen, maar door mijn werk in de winkel had ik het idee dat mijn wereld erg klein werd. Ik zocht een beroep waarbij ik met veel verschillende mensen in contact kom en ik wat vrijer ben. Ik hoorde om mij heen rare verhalen over rijinstructeurs. Jongeren die in tranen zijn omdat instructeurs boos worden als ze iets verkeerd doen. Dat deed me besluiten een rijschool te starten met een positieve aanpak. Vanuit mijn yoga-achtergrond weet ik hoe je met positieve energie iemand zekerder kan maken en kan laten opbloeien. In mijn lessen is ruimte om fouten te maken, dat betekent dat er wat geleerd wordt. Boos worden is niet productief, daardoor reageert iemand de volgende keer alleen maar krampachtiger en angstiger. ”
Ook voor de marketing heeft Niels een eigen aanpak: “Mijn huisstijl, auto en logo zijn al anders vormgegeven dan bij de meeste rijscholen. Ook heb ik een eigen chocoladewikkel ontworpen die ik uitdeel. Aan jongeren die op de bus wachten bijvoorbeeld, geef ik een chocoladereep. Dat kunnen zomaar potentiële klanten zijn. Ook doet een groep dansers flashmobs op drukke plekken, waarbij ze uit mijn opvallende lesauto springen. Iedereen vindt het leuk, moet lachen én ziet mijn auto met alle info erop. Daarnaast is mond-tot-mondreclame in deze branche nog altijd erg belangrijk. Social media is de volgende stap.”

header-image

Andere blik op financiën

Clubgevoel zorgt voor stabiele inkomsten 

The Mechanic specialiseert zich in reparatie en onderhoud van youngtimers en oldtimers, maar alle auto’s zijn welkom. Wat het garagebedrijf uniek maakt is dat er een enorm clubgevoel heerst. Dat komt door een mix van passie van de medewerkers, de huiskamer voor bezoekers, de mancave met bar, maar vooral door de loyale klanten. 
Rolf Wilderink (59) is eigenaar van The Mechanic. Het bedrijf heeft 3 medewerkers. Rolf vertelt: “Vijf jaar geleden zijn we gestart in een oud pand van Connexxion in Leidschendam, maar daar moesten we uit. We zochten een ruim pand, liefst met een industriële uitstraling, want dat past bij ons bedrijf. Via een gezamenlijke kennis kwamen mijn compagnon Raymond Slootweg en ik in contact met een vriendengroep, die dit pand in Voorburg hadden én autogek zijn. Zij hadden een oud Porsche-pand beschikbaar, precies wat we zochten. The Mechanic heeft op de begane grond een werkplaats van bijna 900 m2. De vriendengroep heeft in de kelder een bedrijf gevestigd voor stalling van maximaal 50 klassieke auto’s. Die klanten komen vaak bij ons voor onderhoud en reparaties. We hebben het bedrijf volledig zelf gefinancierd. Bij de start heb ik de opbrengst van de verkoop van mijn vorige autobedrijf ingebracht en mijn compagnon heeft hetzelfde bedrag gestort. We wilden per se op eigen benen staan en geen geld lenen bij een bank. We hebben een zeer hechte community opgebouwd door de jaren heen en zo’n 1.100 vaste klanten. Die community groeit nog steeds. Er worden activiteiten georganiseerd vanuit ons bedrijf en klanten kunnen meehelpen bij restauratieprojecten in de werkplaats. We hebben echt een band met onze klanten en dat resulteert in een heel stabiele inkomstenstroom.”

header-image

Andere blik op duurzaamheid

De aardbol sparen en blije werknemers

Volvo-dealer en directeur- grootaandeelhouder Frank Arendsen (48) wil door duurzaam te ondernemen de aardbol sparen. Dat gaat verder dan de bouw van zijn duurzame dealerpand in Hengelo zo’n anderhalf jaar geleden. “Wij willen dat onze mensen fit, blij en professioneel zijn, daar besteden we dan ook veel aandacht aan.” 
Het meest groene onderdeel van het pand is het sedumdak in Hengelo. “In Hengelo hebben we een sedumdak aangelegd. Sedum is een soort mos dat niet alleen goed isoleert, maar ook fijnstof en regenwater opneemt en de bio-diversiteit stimuleert. Ook liggen er 443 zonnepanelen op het dak. We hebben geen gasaansluiting meer, maar zijn een all-electric pand. De straatklinkers bestaan voor twintig procent uit afval en de vloerbedekking is gemaakt van kunststof uit voorruiten en oude visnetten. Daarnaast maken we ook gebruik van tweedehands meubelen die we bij de kringloop halen.”
“Sociale duurzaamheid is voor mij ook erg belangrijk. Goed werkgeverschap staat dan ook hoog in het vaandel. Ik wil dat mijn 140 medewerkers blij, vitaal en professioneel zijn. Dat resulteert in een hoge medewerkerstevredenheid en een laag ziekteverzuim. Mensen willen hun hypotheek kunnen betalen en leuke dingen doen, maar het ook naar hun zin hebben tíjdens het werk. Dat doen we onder andere door al onze medewerkers zeggenschap en inspraak te geven. We werken niet met een MT dat top-down de regels bepaalt, maar met een kernteam met afgevaardigden van alle afdelingen.”
“Het is een te grote investering om al onze vijf panden op deze manier in te richten, maar dat zou wel mijn droom zijn. Ook bij de importeur leeft de wens voor duurzaam ondernemerschap, wij zijn daar doorlopend met ze over in gesprek.”

header-image

Andere blik op personeel 

Van Syrische vluchteling naar vaste monteur

Jos Fikken (56) is algemeen directeur van Autobedrijf Jos Fikken in Nijverdal. Hij kampte met een personeelstekort en besloot de Syrische vluchteling Hakop Papas aan te nemen. Eerst bij wijze van proef, maar inmiddels is de 38-jarige monteur een vaste kracht in de werkplaats. 
“Zo’n 2,5 jaar geleden werd ik door de gemeente Nijverdal benaderd of ik een Syrische vluchteling een stageplek kon bieden voor zijn inburgeringscursus. Hij was in Syrië ook automonteur en wilde via deze weg de Nederlandse taal leren. Hij kwam eerst praten. Ik ben nooit in Syrië geweest, dus ik wist niet wat hij wel en niet kon in de werkplaats. Hij was pas een half jaar in Nederland, maar beheerste de taal al voldoende om een gesprek te voeren. Zijn eerste opdracht was een grote motorreparatie waar een andere monteur niet uit kwam. Nog voor de lunch had hij de klus geklaard. Wat bleek: in Syrië waren motoren zijn specialisme. Na een jaar vroeg de gemeente of we hem in dienst wilden nemen. Hij is zo ontzettend gedreven, heeft veel respect voor klanten en wilde graag de opleiding voor tweede monteur doen. Ik heb hem full-time in dienst genomen en hij heeft werk met zijn studie gecombineerd. 
Ik raad ik iedereen aan zich hiervoor open te stellen. Het traject heeft in deze omgeving veel aandacht gekregen, zelfs de burgemeester is met enkele wethouders koffie komen drinken om kennis te maken met Hakop.”

header-image

Andere blik op margestructuren

Focus op de juiste nasmaak

De autobranche is volgens Thierry Köhler (48) te veel bezig met het blussen van brandjes, terwijl het creëren van toekomstbestendige businesscases belangrijker is. De eigenaar van Köhler BV, erkend reparateur van Seat en Skoda, ging daarom anders naar zijn margestructuur kijken, zodat de afhankelijkheid van de marges op motorolie minder wordt. 
De margestructuren zijn namelijk niet goed, volgens de ondernemer uit Hoofddorp. “Er worden zeer ongezonde structuren in stand gehouden en de prijzen worden steeds verder naar beneden gedrukt om op die manier klanten te lokken. Dat is niet gezond voor de branche. Neem bijvoorbeeld de enorme marges op motorolie. Als er straks meer elektrische auto’s komen, wordt motorolie overbodig. Veel bedrijven, zeker ketens als Kwik-Fit en Profile, zijn afhankelijk van die marge. Ondernemers moeten goed nadenken waar ze goed in zijn, zodat ze op de lange termijn ook relevant blijven. En vervolgens de juiste prijs vragen. 
Wij doen veel specialistische reparaties die dealers niet meer zelf doen, zoals het vervangen van motoren en versnellingsbakken. Bij iedere klant proberen we de auto zo te behandelen dat iemand merkt dat de auto beter rijdt dan voordat ‘ie bij ons de garage in kwam. Ik ben dan ook duurder dan het gemiddelde autobedrijf. Er wordt nu veel te veel marge weggegeven: stuntprijzen voor apk’s en onderhoudsbeurten. Er wordt te weinig geld gevraagd voor iets waar we goed in zijn. De klant wil een veilige auto en is ook bereid daarvoor te betalen. Het gaat niet om de hoogte van het bedrag, maar de nasmaak die de klant heeft na een bezoek aan je bedrijf. Ben je alleen maar goed in het bijvullen van motorolie, dan is je bedrijf geen lang leven beschoren.”



Dit artikel is ook verschenen in BOVAGkrant nummer 1, januari 2019
 

Wij maken op deze website gebruik van cookies. Meer informatie is beschikbaar in onze Privacy- en cookieverklaring