Nee, dat hoeft niet als de vakantieaanvraag problemen oplevert voor de bedrijfsvoering. Hierbij moet u wel een afweging maken tussen het bedrijfsbelang en het belang van de werknemer bij een vakantie. Bijvoorbeeld omdat de aanvraag in een piekperiode valt, of omdat er al een aantal andere collega’s op vakantie zijn.
De cao Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf bepaalt dat de vaststelling van de vakantieperiode gebeurt door de werkgever in overleg met de werknemer. Wel hebben werknemers in de periode tussen 30 april en 1 oktober in principe recht op een aaneengesloten vakantie van 21 of meer kalenderdagen. Past dat niet binnen de bedrijfsvoering, dan heeft de werknemer recht op minimaal 14 dagen aaneengesloten vakantie binnen deze periode. Voorwaarde is wel dat de werknemer de vakantie tijdig aanvraagt en voldoende vakantiedagen heeft.
Ook voor de cao Tankstations en Wasbedrijven geldt dat de vaststelling van de vakantie in overleg met de werknemer gebeurt. Werknemers onder de cao Tank en Was hebben tussen 30 april en 1 oktober recht op een aaneengesloten vakantie van 14 kalenderdagen, tenzij het bedrijfsbelang zich daar tegen verzet.
Past een vakantieaanvraag van een werknemer niet binnen de planning? Zorg dan wel dat u de werknemer dan in ieder geval binnen 14 dagen na de aanvraag schriftelijk laat weten dat de vakantieaanvraag wordt afgewezen. Bent u te laat, dan kan de werknemer op grond van de wet alsnog aanspraak maken op de voorgestelde vakantieperiode.