Meer actie nodig voor fietsverlichting

Laatste update 03 april 2018 Leestijd: 4 min

Vrijwel alle Nederlanders vinden het belangrijk om in het donker met de juiste fietsverlichting op pad te gaan, maar lang niet iedereen onderneemt daar ook actie op. Opvallend genoeg is er vooral voor ouders van pubers en voor hoogopgeleiden werk aan de winkel, zo blijkt uit onderzoek van TNS Nipo onder 816 consumenten.

Met de wintertijd in aantocht (de klok gaat een uur achteruit in de nacht van zaterdag 24 op zondag 25 oktober) zijn organisaties als de Fietsersbond, TeamAlert, Veilig Verkeer Nederland, ANWB en het Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid volop aan de slag met acties om het bewustzijn rondom fietsverlichting te vergroten. Samen met BOVAG, RAI Vereniging en het Ministerie van Infrastructuur en Milieu werd TNS Nipo opdracht gegeven te onderzoeken welk belang het Nederlandse publiek aan goede fietsverlichting hecht en hoe daar actie op wordt ondernomen. Deze resultaten werden onder andere naast het periodieke veldonderzoek gelegd, dat sinds 2003 in de winter door Goudappel Coffeng wordt uitgevoerd. De verschillen zijn opmerkelijk te noemen.

Kinderen en ouders
In het onderzoek van TNS Nipo vindt 91 procent van de kinderen van 13 tot en met 17 jaar goede fietsverlichting belangrijk en net zoveel pubers geven ook aan vaak of altijd met de juiste verlichting te fietsen. 92 procent van de ouders zegt hun kinderen niet van huis te laten vertrekken zonder de juiste verlichting en 81 procent geeft aan dit ook te controleren. In de veldonderzoeken door de jaren heen wordt echter slechts 50 procent van de fietsende jongeren onder 18 jaar in de wintertijd met werkend voor- en achterlicht gesignaleerd. Het gemiddelde van alle fietsers in het veldonderzoek lag de afgelopen jaren op ruim 60 procent.

Hoogopgeleiden
Ruim vier op de tien fietsers (41 procent) blijkt niet goed op de hoogte van de wettelijke regels rondom fietsverlichting en denkt onterecht dat losse lampjes, bevestigd aan arm, been of hoofd, zijn toegestaan. Losse lampen die op de romp zijn bevestigd, zijn wel toegestaan, maar 45 procent denkt dat dat niet mag. Hoger opgeleiden (hbo en wo) zijn het beste op de hoogte van de regels, maar lappen deze ook het vaakst aan hun laars; 72 procent van hen zegt ‘altijd’ werkende fietsverlichting te voeren, tegen 86 procent van alle fietsers. Bovendien geeft 18 procent van de hoogopgeleiden aan in dat geval knipperende -of verkeerd bevestigde- losse lampjes te gebruiken of zogenaamde ‘pitjes’ aan een elastiekje, met doorgaans een marginale lichtsterkte. Over de hele linie zeggen voornamelijk hoger opgeleiden, jongeren van 18 tot en met 24 jaar en hoog frequente fietsers het vaakst zonder werkend voor- of achterlicht te fietsen.

Acties
De resultaten van het onderzoek van TNS Nipo zijn te downloaden op de website van CROW Fietsberaad www.fietsberaad.nl. Alle betrokken organisaties organiseren acties in het hele land om fietsverlichting te repareren en de bewustwording over de juiste verlichting te vergroten. Bij 900 BOVAG-fietsbedrijven kan men terecht voor vakkundige reparatie en BOVAG-leden delen met het oog op de wintertijd veiligheidshesjes uit aan de jeugdleden van sportverenigingen, zodat zij goed zichtbaar van en naar de sportaccommodatie kunnen fietsen.

Deze artikelen zijn ook interessant

Wij maken op deze website gebruik van cookies. Meer informatie is beschikbaar in onze Privacy- en cookieverklaring