Per 1 januari 2015 is een wetswijziging ingevoerd over de BPM-heffing bij import van gebruikte auto’s. Voor gebruikte auto’s kan voor de waardebepaling en daarmee de verschuldigde BPM, worden gekozen uit drie methoden: de tabel, de koerslijst en de taxatie. De keuze voor de taxatie is met ingang van 1 januari 2015 beperkt.
Vanaf die datum is het gebruik van de taxatie alleen nog mogelijk voor auto’s die niet op de koerslijst voorkomen en voor auto’s met schade. Normale gebruikssporen vallen niet onder schade. Is de schade echter zo groot dat de auto niet op de weg mag komen (WOK-status), dan moet de auto eerst in een dusdanige staat worden gebracht dat deze wel weer aan het verkeer mag deelnemen.
Waardebepaling
Nieuw is ook dat bij de waardebepaling rekening moet worden gehouden met 72 procent van de getaxeerde schade. Ook moeten drie tot vijf referentievoertuigen worden vermeld. Waardebepaling op basis van een taxatie is verder alleen toegestaan als de taxatie is uitgevoerd door een gecertificeerde taxateur. De afbakening tussen gebruikssporen en schade is een onderwerp dat in eerste instantie op het expertisegebied van de taxateurs ligt.
Voorwaarden taxatie
BOVAG en verenigingen van taxateurs hebben samen voorwaarden opgesteld waaraan een goede taxatie moet voldoen.
Deze voorwaarden zijn medebepalend geweest voor regels rondom BPM, en zijn door de Belastingdienst overgenomen.