Minister van Infrastructuur en Waterstaat Cora van Nieuwenhuizen Wijbenga schrapt de grens van 150 euro waarboven autobedrijven de tellerstand van een auto verplicht moeten registreren. Doel is om het aantal geregistreerde standen bij met name jongere auto’s te verhogen.
“… het aantal geregistreerde tellerstanden is toegenomen en de registratie heeft aan betrouwbaarheid en zorgvuldigheid gewonnen. De evaluatie laat dan ook zien dat het aantal onlogische tellerstanden sterk is teruggedrongen …”, schrijft de minister aan der Tweede Kamer. Ze baseert zich op een evaluatie van de wet- en regelgeving tellerfraude tegen te gaan, die op 1 januari 2014 in werking is getreden.
Registratie bij jonge auto's
Alleen bij jongere auto’s kan het qua aantal registratiemomenten nog beter, vindt de minister: “Door de grens van 150 euro voor de registratie van tellerstanden bij reparatie, onderhoud en bandenwissel (ROB-bezoeken) los te laten zal het aantal registraties van tellerstanden bij jonge voertuigen naar verwachting toenemen en de verwachting is dat ook de kans op fraude kleiner wordt.”
Bestrijding tellerfraude
BOVAG is blij met deze stap. Nederland doet het – samen met België - al heel goed in de bestrijding van tellerfraude, vergeleken bij andere Europese landen, maar het is prima als de mazen van het net nog nauwer worden. BOVAG werk nauw samen met ministerie en RDW om deze aanscherping zo soepel mogelijk in te voeren in de branche.
Proef: gratis controle
De RDW gaat daarnaast een proef doen met het gratis controleren van tellerstanden en aanvragen van tellerrapporten door particulieren. Als autokopers en -bezitters daardoor vaker tellerrapporten gaan opvragen, zal dat opvragen definitief gratis worden.